Van Unix naar Linux?

Elke Unix gebruiker weet één ding zeker, ondanks de snelheid en stabiliteit, op een gegeven moment moeten we van deze systemen af. Onze beheerders worden er niet jonger op, het OS wordt al in geen jaren meer voorzien van echt nieuwe functionaliteit en de ondersteuning vanuit leveranciers is tegenwoordig minimaal of kost een vermogen… Om eenvoudig afscheid te nemen van de oude reus zoeken we een alternatief dat veel overeenkomsten heeft met Unix. We zoeken een alternatief waarop de applicatie beschikbaar is en dat onze beheerorganisatie simpel kan switchen zonder al te veel te moeten investeren in kennis.
Er zit eigenlijk maar er maar één ding op: We moeten over op Linux! Maar.. is dat wel zo? Zijn we op de juiste weg door simpelweg de hardware te vervangen voor commodity Intel of VM en het OS te vervangen voor een hip alternatief? Lost dit onze problemen echt op of is dit de weg van de minste weerstand? Ook de snelste Linux server zal op een gegeven moment de vraag niet meer aankunnen en aan vervanging toe zijn.
Vervang Legacy voorgoed
Om het “Legacy” probleem voorgoed te kunnen oplossen moet er vooral op applicatieniveau naar alternatieven worden gezocht. Maak de applicatie leading en zorg ervoor dat de onderliggende infrastructuur commodity wordt. Migraties zijn duur en worden daarom het liefst zo min mogelijk uitgevoerd, doe het daarom in een keer goed!
Focus op resultaat
Zorg ervoor dat de Unix applicatie geschikt wordt voor microservices. Dit kan door te investeren in een 3rd party applicatie of door deze zelf te ontwikkelen. De nieuwe applicatie moet horizontaal schaalbaar zijn zodat het gebruik van grote silo’s vermeden wordt. Binnen microservices worden applicaties opgedeeld in kleine, elastisch schaalbare componenten die automatisch op en af te schakelen zijn. Neemt de workload toe dan worden er automatisch meerdere instanties van een service gestart. Neemt de vraag af dan worden de instanties weer uitgezet en kunnen de resources binnen de omgeving voor andere doeleinden (andere microservices) worden gebruikt.
Tijdens het ontwikkelen van de microservices wordt al rekening gehouden met “failure” van afzonderlijke onderdelen. Mocht er met één van de onderdelen een probleem ontstaan doordat de microservice crasht dan neemt een andere instantie van dezelfde microservice de functionaliteit over zonder dat de volledige applicatie (service) daar last van heeft. Hierdoor wordt de beschikbaarheid van de applicatie gegarandeerd. Het opdelen van functionaliteit maakt het ontwikkelen en updaten van componenten minder tijdrovend en vormen geen risico voor de volledige keten van services.
Conclusie
Microservices maken applicaties enorm schaalbaar en hoog beschikbaar. Het onderliggende platform wordt minder belangrijk en maakt Cloudadoptie relatief eenvoudig. Toch, wanneer microservices nog te ver van uw bed zijn dan is Linux altijd nog een prima alternatief voor uw oude Unix machine wanneer kosten en modernisatie de drijfveer zijn om te migreren.
Blijf op de hoogte van de laatste IT trends en ontwikkelingen met onze maandelijkse nieuwsbrief